UtiliteitsbouwOTH architecten bvDe Baak Management CentrumBouwbedrijf Van den Hengel, SoestDe Baak Management CentrumOTH architecten bv, AmsterdamArup AmsterdamDe Baak Management Centrum |
Omschrijving
Op Landgoed de Horst in Driebergen heeft OTH voor ‘De Baak’, een opleidingscentrum voor management, een masterplan ontworpen voor de nieuwbouw van vier paviljoens. Het totale plan behelst meerdere paviljoens met verschillende functies op een historisch open veld. Op de randen van open veld en bos liggen het kantoor- / leerpaviljoen en de twee gastenverblijven ‘Eb’ en ‘Vloed’. Midden op het veld, tussen de andere paviljoens, is een halfverdiepte theater gesitueerd. Ieder gebouw heeft een eigen materiaal meegekregen: cortenstaal voor het kantoor- /leerpaviljoen, beton voor het theater en hout voor de hotelgebouwen. Vanaf de nieuwe toegangsweg ervaart de bezoeker de beleving van de afwisseling van landschap en gebouwen. Het parkeren is verlegd van het open veld naar het bos zodat de auto’s aan het zicht worden onttrokken.
Met de nieuwe paviljoens is op het landgoed de historische driedeling tussen park, open weide en bos benadrukt. Vooral de twee langgerekte, volledig in hout uitgevoerde hotelgebouwen spelen hierin een belangrijke rol. Door ze precies op de grens tussen bos en open grasland te leggen, als vingers van een hand die het bos in steken, vormen ze de intermediair tussen de beide sferen. De twee verdiepingen hoge gebouwen zijn op houten poten (hsb) geplaatst, zodat het glooiende graslandschap eronder door blijft lopen. De gebouwen, die in een V-vorm ten opzichte van elkaar zijn geplaatst, bevatten elk 20 kamers. De galerijzijde (binnenzijde van de V-vorm) is vrij gesloten en geeft privacy aan de gasten. Aan de andere zijde (buitenzijde van de V-vorm) openen de verblijfsruimten zich via grote vensters naar het landschap. Precies op de overgang tussen grasland en bos zijn de logeerruimten ook aan de galerijzijde voorzien van grote raampartijen, waardoor de overgang bos en landschap ook door de kamers heen zichtbaar is. De kamer zelf is een ingetogen ruimte, die naar één kant volledig naar de bosrand geopend is. De houten spanten van de hoofddraagconstructie kaderen de ruimte in en zijn een beeldbepalend element. In een los meubel zijn alle benodigde voorzieningen (natte cel, toilet, kast) opgenomen.
Kunst
Elke kamer biedt niet alleen een natuurbeleving, maar ook een uitnodiging om zich te verdiepen in een gebied van onze cultuur en onze tijdsgeest. Daartoe is elke kamer door een kunstenaar van een eigen signatuur voorzien. Een subtiele graphic op de entreedeur van elke kamer geeft een hint van de kunstuiting binnen. Dit past binnen de filosofie van opdrachtgever ‘De Baak’ om haar gasten deel te laten zijn van een bijzondere beleving. De kamernummering is op terughoudende wijze ingefreesd in de houten dorpel voor de deur.
Houttoepassingen
De twee volledig houten gebouwen staan precies op de grens van bos en open grasland om deze overgang te versterken. De gebouwen zijn bestaan beide uit twee lagen en staan op houten poten zodat het landschap er onder door blijft lopen. De hoofdconstructie zoals de gelamineerde hardhouten hoofdliggers zijn duidelijk zichtbaar binnen en buiten, waardoor de bouwwijze duidelijk leesbaar blijft. De hoofddraagconstructie kadert de ruimte en is een beeldbepalend en sterk element.
Waar OTH veel belang aan hecht is eerlijkheid en eenvoud van de materiaaltypische bouwwijze. De galerijen zijn bekleed met dejo-roosters ingelegd met bankirai delen. De kolommen zijn in tweeën gedeelde vuren kolommen ten aanzien van de akoestische eisen voor logiesgebouwen, daarom is per stramien een dilatatie aangebracht in constructie en gevel. De gevel is bekleed met werstern red cedar als zweeds rabat.
Motivatie
Boomhut
Zowel de architectuur van de beide paviljoens als het materiaalgebruik volgt uit de opgave. Tussen de cursussen en seminars door en op het eind van een lange dag klimmen de gasten van ‘De Baak’ omhoog om vanuit de eigen boomhut te genieten van een verblijf tussen de boomkruinen en een weids uitzicht over het grasland. Het landschap loopt onder de gebouwen door en kan gebruikt worden als ontmoetingsruimte. De uitdaging lag voor ons in het terugbrengen van de kwaliteit van de plek, op de overgang tussen weide en bos, in de gebouwen. In onze ogen zijn we erin geslaagd de bezoekers het gevoel te geven te verblijven in een boomhut, maar wel een boomhut met alle benodigde comfort. Het feit dat beide gebouwen geheel in hout zijn uitgevoerd, draagt belangrijk bij aan het creëren van dit gevoel.
Vormgeving
Zowel de constructie als de gevel van de paviljoens zijn opgebouwd uit hout, waarbij een eerlijke detaillering hoog in het vaandel stond. De constructie bestaat uit een houtskelet van gelamineerde spanten inlands lariks. Het grid is zo breed als een kamer (5,20 meter) en doordat de constructie bestaat uit gedeelde kolommen, is tussen elke kamer een dilatatie mogelijk. Hierdoor worden problemen met betrekking tot geluidsoverdracht en brandwerendheid ondervangen. Om deze reden zijn ook galerijen los gehouden van het eigenlijke gebouw en kreeg het hotel zwevende vloeren. In het interieur zijn de spanten van de hoofddraagconstructie in het zicht gelaten, waarbij ze het uitzicht omkaderen. In samenspraak met kunstenaar/curator van De Baak Jan van der Veer is elke kamer van een eigen culturele uiting voorzien, met een naam op de deur , een dichtregel op de wand, een kunstwerk aan de muur en een gevulde houten koffer (met cd’s, boeken, dvd’s). De individuele kunstuiting zorgt voor variatie in een verder standaard interieur met meubelblok met voorzieningen, kingsize bed en een houten ligbank, waarin de koffer is geïntegreerd.
De strakke, subtiel gevarieerde eenheid van de interieurs, is doorgezet in de gevels. De horizontaliteit van de langgerekte gebouwen wordt versterkt door de western red cedar gevels van lange (maximaal 6,10 meter), brede planken in Zweeds rabat. Het versterkt het beeld van boomstammen die het bos in steken.
Kwaliteit
Het volledig uitvoeren van de hotelgebouwen in hout is een uitdaging geweest voor het bureau. Met deskundige hulp van adviseurs, zijn we er echter in geslaagd een zuiver ontwerp in hout te maken, waarin de eigenschappen van het materiaal optimaal benut worden. Door per stramien een dilatatie aan te brengen in constructie en gevel, bleek het mogelijk de langgerekte gebouwen als een zuivere houtskeletbouw uit te voeren. De eerlijkheid van het hout komt ook terug in het feit dat de hoofddraagconstructie in het interieur beleefbaar en in hoge mate sfeerbepalend is.
Niet alleen in vormgeving, maar ook in de bewerking van het materiaal zijn duidelijke keuzes gemaakt om de kwaliteit te waarborgen. Zo is het western red cedar van de gevel in de fabriek behandeld met een brandvertrager en tevens voorvergrijsd om tot een egale kleur te komen.
Duurzaamheid
Door de hoofdopzet in skeletbouw is het mogelijk om de hotelkamers in de toekomst aan een andere functie aan te passen. In het ontwerp is er rekening mee gehouden dat een aantal gastenverblijven kan transformeren tot leer- en vergaderruimten. Door het toepassen van Flam Delay (vlamvertragend systeem) en Sansin Enviro Stain Woodsealer (vergrijzer), is onderhoud aan de gevels nauwelijks nodig. Voor ieder gebouwdeel is voor de meest duurzame houttoepassing gekozen: lariks voor de spanten, vuren voor de kolommen, western red cedar voor de gevels, bankirai voor de galerijen.
Imagoversterking van de branche
Met een relatief beperkt budget is OTH erin geslaagd op een historisch landgoed een aantal gebouwen in te passen die er eigenlijk niet mogen zijn. De doordachte toepassing van hout zorgt er echter voor dat de hotelgebouwen zich op een vanzelfsprekende manier voegen in de context. Ondanks de terughoudende vormgeving vormen de langgerekte paviljoens op poten een krachtig gebaar. Het Zweeds rabat geeft een mooi reliëf en de grijze, achter in de sponning geplaatste deuren, zorgen voor een plastisch geheel. Een subtiel spel met ritmes geeft de gevel een bepaalde muzikaliteit: aan de ‘open’ zijde hebben de ramen allemaal de maximale grootte, maar de kozijnen zijn verschillend ingedeeld. In de ‘gesloten’ gevels zijn de deuren met een verschillende tussenmaat over de gevel verdeeld. Een laatste detail markeert de ingenieuze oplossingen in de gebouwen: kamernummers zijn in de bankirai vloerplank voor de kamerdeur gefreesd waardoor de strakke gevels in tact konden blijven.
Korte omschrijving activiteiten inschrijver
OTH, voormalig Ontwerpgroep Trude Hooykaas bv, is gevestigd sinds 1971. Vanaf 2003 wordt het bureau geleidt door Ferdinand van Dam, interieur architect en Julian Wolse, architect. Gestart als een interieurarchitectenbureau, heeft OTH in de loop der tijd een gevestigde naam weten op te bouwen op het vakgebied van de interieurarchitectuur.
In de afgelopen 12 jaar heeft het bureau zich naast de interieurarchitectuur verder weten te ontplooien als architectenbureau. Het bureau onderscheidt zich doordat het op beide vakgebieden werkzaam is.
Website: www.oth.nl